In juni 2018 beklom Jude de Kilimanjaro via de Lemosho-route. Hieronder kun je haar reisverslag lezen.
Een dag voor vertrek werden we in het Springlands hotel aangesproken door een Engelsman die de klim net had gedaan en ons heel veel succes wenste met een knipoog. Hij zei aanmoedigend dat het voor hem een geweldige ervaring was geweest, maar ’never again’. Hmmm, een beetje onzeker word je daar toch wel van, maar we werden ook wel weer even bewust dat we een groot avontuur tegemoet gingen. Ik voelde het als privilege om deze mooie tocht te kunnen maken, voelde me fit en voorbereid. De dag voor de start werden we voorgesteld aan onze twee gidsen en kregen we informatie over het verloop van de track en de laatste praktische tips.
De eerste dagen verliepen vrij gemakkelijk en moest ik wennen aan het ’langzame’ wandeltempo; ’pole pole’. Ook wel lekker eigenlijk, een versnellingkje lager gaan en rust in jezelf vinden. We kregen hierdoor de mogelijkheid om het mooie regenwoud en maanlandschap te bewonderen en onze ogen de kost te geven om apen te spotten.
Bij aankomst in de kampen hadden de porters al onze tenten opgezet, warm water klaarstaan zodat we ons konden wassen en kregen we vlot wat te eten en drinken. Daaraan overigens geen gebrek; warme thee, koffie of energy drink, fruit, popcorn of chips en grote porties avondeten, lunch en ontbijt. Ik had voor de zekerheid noten, gedroogd fruit en muesli bars meegenomen, maar twee derde daarvan heb ik niet eens aangeraakt.
Op dag 4 kwam mijn eerste uitdaging. Een pittige dag waar we over een enorme vlakte met veel wind liepen en vervolgens op een hoogte van 4500 meter aankwamen bij ’lava Tower’. We zouden daar lunchen en dan weer verder lopen (naar beneden). Ik voelde me op een hoogte van 4300 meter prima, maar even daarna kreeg ik behoorlijke hoofdpijn en misselijkheid: symptomen van hoogteziekte. Ik was blij toen we de trip weer voortzetten en ik bij het uiteindelijke Baranco kamp op 3900 meter aankwam, om vervolgens direct in de tent te gaan liggen. Na 2 uur liggen voelde ik me alweer goed en kon ik het kamp bekijken.
De Baranco wall zagen we in de verte al liggen, de uitdaging van de dag erna. Ik vond dat een erg leuk stuk om te doen, ook al zag ik op tegen het ’klauteren met handen en voeten’ gezien mijn beschadigde pols; dit viel erg mee. Het voelde stoer om langs de rotswand omhoog te gaan en gaf een nieuwe dimensie aan de tocht. Na 1,5 uur kwamen we aan het einde van de rotswand en was het resultaat verbluffend. In eerste instantie zagen we alleen maar mist, maar opeens ’ging het gordijn open’ en kwam daar een schitterende berg te voorschijn, bedekt met sneeuw.
Prachtig zoals de zon op deze overweldigende berg scheen en de betekenis van ’Kilima jaro’ in het Swahili/Masai ’schitterende berg’ was duidelijk. Gemotiveerd door de pracht van de berg en doordat ik me weer goed voelde, had ik vertrouwen in het behalen van de top.
Het voelde als een hoogtepunt om het Barafu kamp te behalen: laatste basecamp voor de top. Slechts 4,3 km van Stella point verwijderd en 5 km van Uhuru peak. Het aantal uren wat voor deze ’slechts 5 km’ stond, zegt genoeg: 7 uur. Deze klim naar de top zou zwaar worden … In de middag en avond sliepen we, zodat we uitgerust om 00:00u konden starten met ’de klim’, in het donker met hoofdlampjes aan. Het advies luidde om minstens 4 lagen kleding te dragen, omdat het erg koud zou worden. Drinkwater in de camelbags zou bevriezen. Ik als koukleum had dat erg serieus genomen, maar na 1 uur lopen had ik het veel te warm. Door de hoogte (minder zuurstof) en fysieke inspanning merkte ik dat mijn lichaam hard aan het werk was: hoge, snelle ademhaling en absoluut niet koud.
Na 4 uur lopen voelde ik helaas dat ik weer hoofdpijn kreeg. Ondanks diamax pillen, veel drinken en langzaam lopen, kreeg ik toch weer last van hoogteziekte. Na 5 uur omhoog lopen, waarvan al een aantal uur door sneeuw met crampons aan (erg cool overigens), kwamen we op Stella point aan. Net op tijd, want ik had een ‘knallende hoofdpijn’, voelde me misselijk en twijfelde of ik wel door kon gaan. Ik wist dat het vanaf Stella point nog slechts 1 uur lopen was en vrij vlak; dus even doorbijten! Without the sour the sweet aint as sweet, toch? Na een keer overgeven (onder enthousiast applaus van de gidsen die voorspelden dat ik me nu gegarandeerd beter zou gaan voelen) voortzette ik de klim. En wow, wat was dit het waard: wat een toffe prestatie, trots gevoel en mijlpaal om op de top van deze schitterende berg te staan.
Groetjes Jude,
TourCompass – Van toerist naar reiziger