In het voorjaar van 2024 ondernam Michelle, onze Product Manager voor Azië, een reis naar Noord-Thailand. Een van de meest indrukwekkende ervaringen van haar reis was de Mae Hong Son Loop, die een diepe indruk op haar achterliet. Ontdek Michelle’s avonturen hier.
Vanaf het moment dat ik voor het eerst oog in oog stond met Noord-Thailand, was ik verliefd. Ik wist dat ik op een dag zou terugkeren. Ik wilde meer ervaren, meer ontdekken. Ik hunkerde naar meer van het prachtige noorden, rijk aan adembenemende natuur, culturele ontmoetingen en authentieke ervaringen. In april 2024 kreeg ik die kans.
Vanuit mijn favoriete stad, Chiang Mai, begon ik aan de Mae Hong Son Loop. Deze route strekt zich 660 km uit door de schilderachtige berglandschappen van Noord-Thailand, met 1.864 haarspeldbochten die je door verborgen valleien, weelderige bossen en kleine dorpjes met ongeëvenaarde uitzichten leiden.
Ik streefde naar het charmante plaatsje Mae Sariang. Onderweg stopte ik bij de majestueuze Mae Ya waterval, een van de mooiste in Noord-Thailand. Ik heb mijn deel watervallen gezien, maar Mae Ya was bijzonder opvallend. Het water klettert over meerdere niveaus naar beneden, met een totale val van 250 meter langs de brede rotswanden, waarbij talloze kleine poelen ontstaan – werkelijk fascinerend!
Ik bezocht ook Ob Luang nationaal park, bekend om zijn dramatische landschappen. Hier ontdekte ik een smalle, steile kloof waar de Mae Chaem rivier door de torenhoge rotswanden van het park snijdt. De kloof wordt ook ‘The Kissing Cliff’ genoemd, omdat het lijkt op twee gezichten die op het punt staan te kussen.
Bij aankomst in Mae Sariang was het bijna donker. Ik vond een leuk restaurant niet ver van mijn hotel, waar ik gegrilde vis en papajasalade bestelde – een van mijn favorieten in Thailand. Daarna maakte ik een wandeling door het stadje en vond een gezellig barretje waar ik genoot van een koude Chang.
De volgende ochtend stond ik vroeg op om het stadje in het daglicht te zien. Het was magisch om door de straten te dwalen terwijl het stadje ontwaakte en de zon langzaam opkwam. De locals openden hun kleine winkels terwijl anderen naar hun werk gingen op hun scooters en de kleurrijke lampionnen zachtjes wiegden.
Na Mae Sariang vervolgde ik mijn reis naar Mae Hong Son. Ik reed over kronkelige wegen naar het kleine dorpje Ban Huay Hom, omgeven door bergen en weelderige natuur. Het dorp is de thuisbasis van de Karen-stam, en bij aankomst werd ik begroet door een lokale Karen-familie die woont in een groot, traditioneel houten huis. De familie voorziet in hun levensonderhoud door middel van landbouw en traditioneel weven, en ze runnen zelfs een huiselijk café.
Het dorp is onderdeel van het Mae La Noi Koninklijk Project, opgericht door de voormalige koning en koningin van Thailand. Terwijl ik genoot van hun huisgebrouwen koffie, legde de familie me uit dat het project als doel heeft om opiumteelt tegen te gaan en de lokale levensstandaard te verbeteren door duurzame landbouw. Ze vertelden me hoe het project hun leven heeft veranderd en hoe ze van opiumteelt zijn overgestapt naar het houden van schapen en het verbouwen van alternatieve gewassen zoals koffie en rijst.
Vervolgens kreeg ik de kans om in hun werkplaats traditioneel weven uit te proberen, en ervaarde ik het creatieve proces van het maken van kleden en kledingstukken.
Tenslotte gaven ze me een rondleiding over hun grote terrein, waar schapen vredig grazen en koffieplanten en rijstterrassen trots staan. Het was inspirerend om te zien hoe het project niet alleen hun inkomstenbron heeft veranderd, maar ook heeft bijgedragen aan een duurzame toekomst voor het hele gebied.
Daarna reed ik verder naar de Pai rivier, waar ik per traditionele motorboot naar het dorp Huay Pu Keng zou reizen, dat alleen per boot bereikbaar is. De boottocht langs de schilderachtige rivier was ongelooflijk mooi, en onderweg zag ik zowel hagedissen als verschillende vogelsoorten.
Huay Pu Keng is de thuisbasis van de Kayan-stam, waar de vrouwen bekendstaan om het dragen van koperen ringen om hun nek, waardoor ze de bijnaam ‘Long Neck’ hebben gekregen. Omdat het dorp moeilijk bereikbaar is, komen hier weinig andere reizigers wat het het meest authentieke ‘long neck village’ in de provincie maakt. Zelf kwam ik er ook niemand tegen. Ik liep de hoofdstraat van het dorp op en maakte een praatje met een van de lokale vrouwen. Ze was de enige die Engels sprak en de enige die ooit buiten Thailand had gereisd. Ik vroeg of ik haar portret mocht maken, wat ze toestond, en bij het zien van haar eigen foto zei ze: ‘Wow, zo mooi.’ Ik kon het alleen maar met haar eens zijn. We kunnen allemaal iets leren van zoveel zelfvertrouwen.
In de late namiddag arriveerde ik in Mae Hong Son. ‘s Avonds wandelde ik naar de Walking Street van het stadje, die in het donker verandert in een bruisende nachtmarkt. Hier dwaalde ik langs de talloze eetkraampjes, verleid door de vele lokale specialiteiten – het was onmogelijk om te kiezen, dus eindigde ik met het proeven van een beetje van alles. Ik genoot van de avondmaaltijd op een mat aan een laag tafeltje, precies zoals de locals dat doen. Achter mij stond de Wat Chong Kham tempel, prachtig weerspiegeld in het stille meer van het stadje.
De volgende ochtend koos ik er wederom voor om vroeg op te staan, omdat ik had gehoord dat de zonsopgang over Mae Hong Son vanaf de Wat Phra That Doi Kongmu tempel adembenemend is. De tempel is gelegen op een heuveltop met een spectaculair panoramisch uitzicht over de mistige valleien en omringende bergen van Mae Hong Son. Toen de zon eindelijk begon op te komen, werd ik omhuld door de serene stilte, en het was absoluut prachtig om het gouden licht het landschap te zien vullen, wat een bijna magische sfeer creëerde.
Met de zon die stralend scheen, ging ik naar de lokale ochtendmarkt van het stadje. Tegenover de markt vond ik een klein lokaal ontbijtrestaurant dat het traditionele gerecht Jok Moo Sap serveerde, een rijstsoep. Rijkelijk gegarneerd met kruiden, smaakte het hemels.
Later die dag stond gepland dat ik het het charmante bergdorp Ban Rak Thai zou verkennen,. Het bergdorp is gesticht door Chinese immigranten, voornamelijk soldaten uit de Yunnan provincie, die hierheen vluchtten na de Chinese Burgeroorlog. Ik dwaalde door theeplantages naar een heuveltop die de mooiste uitzichten bood over de theeplantages, het dorp en het meer, waarin de omliggende bergen weerspiegeld werden. Ik wandelde ook over de hoofdstraat van het dorp, waar ik een winkel vond die thee en lokale snacks verkocht.
Op de terugweg naar Mae Hong Son bezocht ik Phu Klon, beroemd om zijn natuurlijke warmwaterbronnen en modderbaden. Niets was meer welkom dan een moddergezichtsbehandeling na zoveel kilometers rijden en uren in de auto de afgelopen dagen. Ik overtuigde mezelf dat mijn huid daarna ‘straalde’, terwijl ik een gevoel van ontspanning en hernieuwde energie ervoer.
De volgende dag verliet ik Mae Hong Son en ging op weg naar het stadje Pai. Onderweg stopte ik in het dorp Ban Cha Bo, de thuisbasis van de Lahu-stam. Ik lunchte in een lokaal restaurant, waarvan de eetruimte zich uitstrekte over de berghellingen met een geweldig uitzicht over de omringende bergen. Op de weg terug naar de auto ontmoette ik drie charmante dames van de Lahu-stam, die aan het naaien en borduren waren, en ik kocht een klein make-uptasje van hen voor het equivalent van ongeveer €1,35.
Voordat ik Pai bereikte, maakte ik een stop bij de Ta-Pai brug, gebouwd in 1942 door Japanse troepen tijdens de Tweede Wereldoorlog als onderdeel van hun aanvoerroute.
Uiteindelijk bereikte ik Pai, een stad waar ik naar uitgekeken had om te ontdekken. Ik moet toegeven, ik was een beetje verrast. Er waren namelijk mensen! Reisend in april, het laagseizoen in Thailand, was ik onderweg weinig andere reizigers tegengekomen. Toch leek het alsof ze allemaal naar Pai waren gekomen. Spijkerbroeken shorts, bandana’s en een hippie/boho sfeer beschrijven het beste Pai. Hier zijn gezellige cafés en bars met live muziek in overvloed, naast fantastische eetgelegenheden en kleine winkeltjes die gehaakte tassen en sieraden verkopen.
Maar een van de hoogtepunten wachtte de volgende dag met mijn bezoek aan Pai Canyon. Pai Canyon is gevormd door erosie door wind en regen, wat smalle paden, steile kloven en diepe ravijnen heeft gecreëerd. Het eerste dat me opviel was de terracotta-kleurige aarde en de steile zandstenen kliffen. Ik was absoluut overweldigd door het indrukwekkende panoramische uitzicht. Wat een plek!
Mijn avontuur in Noord-Thailand eindigde terug in Chiang Mai, waar ik de tijd nam om na te denken over de vele ervaringen voordat ik weer naar huis ging.
De Mae Hong Son Loop is meer dan een reis – het is een ervaring die alles omvat waar ik van houd in Thailand: prachtige natuur, culturele ontmoetingen en het gevoel ver weg te zijn van het dagelijks leven.
Michelle,
TourCompass – Van toerist naar reiziger